item 1820 (m)

Canon Winsums Jodendom
.
. x.   . x.   . x.   . x.   . x.
.

.
. x.   . x.   . x.

.
.

M E E R  over  I T E M  1820
.

thema: Windstreken
.

terug naar introductie item 1820: klik hier
.
interview
met nakomeling Rob Garson
klik hier
.
overzicht
 Canon Winsums Jodendom:
 klik hier

.

.

.X.

.1820.

Op de introductiepagina van item 1820 stond de komst van Zuid- en Oost-Europese Joden naar Amsterdam centraal en de in Amsterdam geboren wereldberoemde filosoof Baruch Spinoza die opgroeide in een uit Portugal gevluchte Joodse koopmansfamilie. Deze verdiepingspagina gaat in op het Joodse onderwijs in Groninger stad en ommeland en op de nakomelingen van Emanuel Levie Garson.

.

.X.

.
.
.
.
.
.
.
.

Seiderschotel voor de avond die aan Pesach vooraf gaat.

Joods onderwijs op het Groningerland

Ook in het gezin wordt kennis overgedragen
Vanaf 1816 komt het Joodse onderwijs onder overheidstoezicht. Dit betekent ook het einde van Jiddisch sprekende onderwijzers voor de klas. Nederlands wordt de voertaal en er komen ook landelijke opleidingen voor onderwijskrachten en religieuze leiders. Maar dat heeft geen gevolg voor het Joodse onderwijs in Winsum. Daar zijn in 1820 twee lagere scholen, één in Winsum en één in Obergum. Beide scholen zijn eigendom van de kerk, maar omdat de gemeentelijke overheid het schoolgeld voor armlastigen betaalt, heeft ook de overheid invloed op het onderwijs. Sinds de Onderwijswet van 1857 moeten ook de twee (inmiddels openbare) scholen in Winsum officieel neutraal zijn en toegang geven aan kinderen van elke godsdienstige gezindheid. Landelijk levert deze maatregel veel onvrede op bij de christelijke bevolking. Daardoor ontstaat het recht om ‘bijzondere scholen’ te stichten. Dit biedt ook mogelijkheden voor het Joodse onderwijs in ons land. In de stad Groningen komt zo’n school voor Joods onderwijs, maar in de ommelanden wordt er alleen aanvullend Joods onderwijs gegeven, buiten de normale lestijden om. Hier leren de kinderen Hebreeuws vertalen, lofzeggingen en zegenspreuken opzeggen en Joodse geschiedenis. Volgens opperrabbijnen uit de stad is dit onderwijs niet zo goed, maar in de joods religieuze gezinnen van Winsum wordt er ook de nodige kennis overgedragen tijdens de wekelijkse sabbatvieringen thuis. Ook de aangetrouwde families uit Groningen, Leek, Appingedam en elders brengen kennis mee naar Winsum. Naast sjabbat zijn ook joodse feestdagen, zoals Pesach en het Soekot (Loofhuttenfeest) een reden om in familieverband de geschiedenis van het Joodse volk over te dragen aan de kinderen.

Nevenfuncties in de Joodse Gemeente
In 1820 zijn er in Winsum twee Joodse godsdienstonderwijzers bekend: Eliäzer de Haan en Emanuel Garson. Geld om de onderwijzers te betalen heeft de Joodse Gemeente niet en daarom betalen de ouders dit zelf. Soms krijgt een onderwijzer ook kost en inwoning aangeboden. Vaak hebben die onderwijzers er nog een ander beroep bij. Zo is Garson naast godsdienstonderwijzer ook koopman en De Haan is ook slager. In Winsum zijn er voor hen ook nevenfuncties in de Joodse Gemeente, zoals die van voorzanger in de synagoge, ritueel slachter en besnijder. Eliazer de Haan uit Edam is de schoonzoon van Levie Lazarus de Vries (
item 1808). De Haan heeft twee dochters en wordt al vroeg weduwnaar. Als hij in de zomer van 1849 overlijdt, woont hij bij zijn jongste dochter in Aduard. In diezelfde zomer overlijdt ook de in Osterode (Hannover) geboren Emanuel Garson. Hij trouwde in 1820 met weduwe Rachel (Oeser) Philippus. Rachel heeft dan al drie kleine kinderen uit haar eerste huwelijk en samen met Emanuel Garson krijgt ze er nog drie kinderen bij. Garson is geen slager zoals De Haan en is dus ook geen ritueel slachter in Winsum geweest.
Lees meer...[expand title="Lees meer...]Na de dood van De Haan en Garson zoekt de Joodse Gemeente van Winsum in 1849 een nieuwe ritueel slachter en voorzanger. Volgens een gemeentelijk verslag zou de vorige functionaris bij diverse leden van de joodse gemeente in de kost zijn geweest. Dit wijst meer in de richting van de armlastige weduwnaar Eliazer de Haan uit Garnwerd dan naar Emanuel Garson, die met zijn vrouw Rachel in Obergum woont. In de periode 1853-1857 woont er inderdaad een nieuwe voorzanger in Winsum. Het is Asser Italie, de zoon van de uit Amsterdam afkomstige godsdienstonderwijzer/voorzanger Izak Jacobs Italie. Rond 1850 staat Asser Italie in Grijpskerk ook te boek als huisleraar. Dus mogelijk gaf hij ook in Winsum al wel godsdienstonderwijs. In 1857 vertrekt hij met zijn gezin vanuit Winsum naar Uithuizen en daarna naar Lemmer. Wie na Asser Italie het joodse godsdienstonderwijs geeft, is niet bekend.[/expand]

De huidige bibliotheek aan het dorpsplein is in 1882 gebouwd als Openbare Lagere School.

De eerste school voor ‘bijzonder onderwijs’, de ‘School met den Bijbel’, opent in 1876 zijn deuren in Obergum, aan de Nieuwstraat (huidige locatie Sjoelplein). In datzelfde jaar koopt de Joodse Gemeente een stuk grond dat daar direct naast ligt. Hierop wil men een synagoge bouwen, een ritueel bad, een klaslokaal en een onderwijzerswoning. De Joodse Gemeente telt dan zo’n 160 leden, waarvan er circa 50 in Winsum wonen. Men hoopt met de nieuwe plannen ook rijkssubsidie te verkrijgen voor aanstelling van een bevoegde onderwijzer, maar uiteindelijk is er alleen genoeg geld om de nieuwe synagoge te bouwen. Zo komt er geen Joods schooltje in Winsum en gaan alle Joodse kinderen naar de openbare lagere school aan het dorpsplein. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de situatie in Leek waar in 1855 wel een Joods Schooltje wordt gebouwd. Tegenwoordig is een replica van dit gebouwtje ingericht als museum en een bezoekje meer dan waard.

Bloeiende amandelboom in de tuin naast de voormalige synagoge.

x
In Winsum is de oude synagoge in de jaren 2010/2011 gerestaureerd, zodat de oorspronkelijke bouwvorm en functie van het gebouw weer herkenbaar is. In het najaar van 2010 heeft een groep leerlingen uit Sauwerd in de tuin van de synagoge een amandelboom geplant. De boom herinnert aan de Joodse geschiedenis van Winsum, maar ook aan het oude Israël en de Hebreeuwse Bijbel, waarin het bloeiende amandelhout een bijzondere rol speelt.

25 November 2010. Onder leiding van wethouder Jaap Hoekzema planten basisschoolleerlingen de 'N.A. de Vries'-amandelboom.

.

Nakomelingen van Emanuel Levie Garson
Emanuel Levie Garson (1769-1849)
Emanuel Garson (zoon van Hartog Levie en Frouwke Mozes) en Rachel Philippus, de weduwe van Elias Oeser, trouwen op 8 juli 1820 in Winsum. Zij krijgen twee dochters en een zoon, die Garson heet. Zijn oudere zusje Frouwke sterft te Obergum als zij 24 jaar is, het andere zusje, Bettje, werd slechts zeven maanden oud.

Garson Garson (1825-1901)
Zoon Garson Garson (zie o.a. de door vader Emanuel ondertekende geboorteakte uit 1825) trouwt in 1870 te Warffum met Eleena Elkan van der Reis uit Warffum. Garson en Eleena gaan in Obergum wonen en krijgen daar vijf kinderen, waarvan de jongste, Filippus, kort na zijn eerste verjaardag overlijdt. De familie woont in een klein huis bij de Obergumerkerk, naast rebbe Abraham de Vries. Garson Garson sterft in 1901. De twee oudste kinderen, Klaartje en Minko, hebben het ouderlijk huis dan al verlaten. De jongere broers Hartog en Jozef wonen nog bij moeder thuis, die kort na de Eerste Wereldoorlog sterft. Het bouwvallige huisje bij de kerk wordt dan verruild voor een nieuwbouwwoning met slagerij aan de Nieuwstraat 5.

De kleine tussenwoning van weduwe Rachel Garson-Philippus en haar twee ongetrouwde zonen Hartog en Jozef Garson.

De nieuwe woning van de gebroeders Hartog en Jozef in Obergum-Oost, aan de Nieuwstraat 5 (nu nr. 42).

.

Minko Garson (Winsum 1874 - Heerlen 1923)

Maarten Johannes Garson (Den Helder 1918 - Rotterdam 2009)

Robert Minko Garson, geboren te Rotterdam, 1952.

Klaartje Eckstein-Garson (1872-1924)
Kleindochter Klaartje vertrekt in 1885 naar Warffum en in 1889 naar Amsterdam, waar ze als dienstmeisje werkt. In 1905 trouwt Klaartje in Kantens met Emanuel Menachum Eckstein uit Zandeweer. Hun dochter Judith Ellina Eckstein wordt in 1907 in Uithuizen geboren. Klaartje Eckstein-Garson, sterft in 1924 in Uithuizen en Emanuel Eckstein volgt zijn vrouw vier jaar later. Judith Ellina Eckstein heeft het ouderlijk huis dan al verlaten. Zij is onderwijzeres en vestigt zich in 1925 in Den Haag. Zij trouwt met koopman Hartog Behr uit Groningen en woont met hem in Den Haag als zij wordt afgevoerd naar Auschwitz, waar zij in november 1943 wordt vermoord. Haar man Hartog wordt later elders opgepakt en op 31 maart 1944 ook in Auschwitz vermoord. Hun kinderen overleven de Tweede Wereldoorlog.

Minko Garson (1874-1923)
Kleinzoon Minko Garson verlaat het ouderlijk huis in 1893 en gaat dan in Uithuizen wonen. Hij trouwt in 1904 in Den Helder met de niet-Joodse Johanna Hendrika Wilhelmina Röllmann. Het interview met hun kleinzoon
 Rob Garson uit Limburg (officieel Robert Minko Garson) geeft een eigentijds beeld van zijn herinneringen aan zijn Joodse voorouders uit Winsum. De twee jongere broers van Minko, Hartog en Jozef Garson, blijven ongetrouwd en wonen in Winsum. Ze verdienen de kost als slager en veehandelaar. Zo trekken zij in de dertiger jaren onder andere naar Hongarije om er schapen te kopen.

Links op de foto (archief H.Bron), met sigaar, hulpober Jozef Garson (de 6 jaar jongere broer van Minko Garson) bij de tap van Hotel Til te Winsum (nog aanwezig als beschermd monumentaal waardevol object in 'Café J&A').

Hartog Garson (1877-1937) en Jozef Garson (1880-1942)
Van de Winsumse kleinzonen Hartog Garson is bekend dat hij zichzelf in het najaar van 1937 met een pistoolschot heeft gedood. Hij was toen veertig jaar oud en woonde in de Molenstraat. Zijn broer Jozef was in de dertiger jaren naast slager/veehandelaar ook hulpober. Samen met zijn broer Hartog werd hij op een van hun reizen in het Midden-Europa van de jaren dertig met afschrikwekkende vormen van antisemitisme geconfronteerd. Terwijl broer Hartog zich daarna uit het maatschappelijk leven in Winsum terugtrekt en somber wordt, toont Jozef juist het tegenovergestelde gedrag. Hij gaat op in het gemeenschapsleven, ziet de dreiging van de werkkampen als een voorbijgaand verschijnsel en wordt zelfs hulpober bij Hotel Til en De Gouden Karper. Zijn lot wordt er niet lichter van, want op 23 november 1942 wordt ook hij in Auschwitz vermoord. Zijn naam staat op het oorlogsmonument aan de Winsumse sjoel en het digitaal joods moment.
.
.

Voorheen Hotel Til, gezien vanaf de boogbrug over het Winsumerdiep (thans 'Café J&A').

terug naar introductie item 1820: klik hier
.
interview
met nakomeling Rob Garson
klik hier
.
overzicht
 Canon Winsums Jodendom:
 klik hier

verder naar het volgende item: klik hier

.

.X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.   .X.

.
home